Vertalingen fragmentar ES>NL
I fragmentar
werkw.
dividir en partes un todo -
in stukken verdelen fragmentar una narración - een verhaal in stukken verdelen |
II fragmentarse
werkw.
Uitspraak: | [fɾagmen'taɾse] |
dividir en partes -
afbrokkelen La roca se fragmentó en cientos de piedrecitas de colores. - De rots brokkelde af in honderden gekleurde steentjes. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
fragmentar (ww.) | versplinteren (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `fragmentar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: astillarES: desintegrarES: dividirES: fraccionarES: partirES: quebrantarES: romperES: seccionar