Vertalingen encierro ES>NL
el encierro
zelfst.naamw.
1) lugar donde se aparta o retira una persona -
retraite | Se impuso un encierro voluntario. - Hij heeft zichzelf een vrijwillige retraite opgelegd. |
2) reclusión de una persona en un lugar -
opsluiting | Por su fobia social llevaba meses de encierro. - Door zijn sociale fobie leefde hij maanden opgesloten. |
3) conducción popular de los toros al toril antes de la lidia -
stierenrennen | El jueves iremos al encierro. - Donderdag gaan we naar het stierenrennen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| el encierro (m) | de aanvulling (v) ; het gevangen zetten ; de inkapseling (v) ; de insluiting (v) ; de omsingeling (v) ; de vrijheidsbeperking (v) ; de vrijheidsstraf |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `encierro`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: anexoES: apresamientoES: arrestoES: asedioES: capturaES: castigoES: cercoES: claustroES: clausuraES: confinamiento