Vertalingen dash EN>NL
1 to move with speed and violence: “A man dashed into a shop.”stormen2 to knock, throw etc violently, especially so as to break: “He dashed the bottle to pieces against the wall.”smijten3 to bring down suddenly and violently or to make very depressed: “Our hopes were dashed.”de bodem inslaan1 a sudden rush or movement: “The child made a dash for the door.”sprint2 a small amount of something, especially liquid: “whisky with a dash of soda.”scheutje3 (in writing) a short line (†“) to show a break in a sentence etc.streep4 energy and enthusiasm: “All his activities showed the same dash and spirit.”verve'dashing (Bijvoeglijk naamwoord)smart and lively: “a dashing young man”zwierigdash off1 to write quickly: “to dash off a letter.”in haast schrijven2 to leave hastily: “to dash off to the shops.”zich weghaasten© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
to dash | koppelteken (ww.) ; verpletteren (ww.) ; vermorzelen (ww.) ; vergruizen (ww.) ; verbrijzelen (ww.) ; verbindingsteken (ww.) ; uiteen doen spatten (ww.) ; te pletter slaan (ww.) ; stormen (ww.) ; sprinten (ww.) ; smijten (ww.) ; slaan (ww.) ; scheutje (ww.) ; platdrukken (ww.) ; kwakken (ww.) ; fijnmaken (ww.) ; denderen (ww.) ; beuken (ww.) |
the dash | het streepje ; het staccatissimoteken ; de spurt ; de sprint ; de slag ; de mep ; het liggend streepje ; de lel ; het ietsje ; de dreun |
dash | streep ; streepje |
Bronnen: interglot; Tecdic.com; MWB; KDE opensourcesoftware; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `dash`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: bitEN: bustleEN: careerEN: crashEN: dartEN: dropEN: flyEN: hurryEN: hurtleEN: morselUitdrukkingen en gezegdes
EN: look
dashed
NL: sip kijkenEN: dashed with brandy
NL: met een scheut cognacEN: dashed,
dash it
NL: wel verdraaidEN: dash to the ground
NL: de bodem inslaan, vernietigenEN: dash to pieces
NL: verpletterenEN: dash against
NL: botsenEN: dash away
NL: wegschietenEN: dash away tear(s)
NL: haastig tranen afvegen, wegpinkenEN: dash down, off
NL: gauw op papier gooienEN: dash off
NL: vlug weg wezenEN: dash in
NL: inslaan NL: binnenstuivenEN: dash out
NL: doorhalen, schrappenEN: dash up
NL: komen aansnellen NL: druk doenEN: cut a
dash
NL: