Ich habe wenig Geld. - Ik heb weinig geld. Es sind nur noch wenige Eintrittskarten übrig. - Er zijn nog maar enkele toegangskaartjes over.
zu wenig
(=) - te weinig
Reicht das Geld oder ist es dir zu wenig? - Is het voldoende geld of is het te weinig voor je?
2)eine geringe Menge oder Anzahl von Personen / Dingen - weinig
Nur wenige waren zur Party gekommen. - Er zijn er maar enkele die naar het feest zijn gekomen. Die wenigen, die kamen, gingen schon bald wieder. - De enkele die kwamen, zijn ook snel weer vertrokken. Das wenige, das ich verdiene, reicht nicht. - Dat beetje dat ik verdien, is niet voldoende.
die wenigsten
(=eine sehr kleine Anzahl) - de enkele
3)deel van de uitdrukking:
4)deel van de uitdrukking:
ein wenig
(=ein bisschen) - een beetje
Es wird jeden Tag ein wenig kälter. - Het wordt elke dag een beetje koeler.
nicht wenig
(=viel / viele) - veel
Er hat nicht wenig Fehler gemacht. - Hij heeft veel fouten gemaakt.
II wenig
bijwoord
nicht sehr, lange, viel oder oft - weinig
ein wenig bekannter Umstand - een weinig bekende situatie Das interessiert mich nur wenig. - Dat interesseert mij maar weinig Ich habe zu wenig geschlafen. - ik heb te weinig geslapen.