Vertaal
Naar andere talen: • wandeln > ENwandeln > ESwandeln > FR
Vertalingen wandeln DE>NL

wandeln

werkw.
Uitspraak:  [ˈvandəln]

1) deel van de uitdrukking: veranderen
Seine Einstellung zu dieser Frage hat sich stark gewandelt. - Zijn houding ten opzichte van deze vraag is sterk veranderd.

2) langsam gehen - wandelen
Durch diese Gärten sind früher die Haremsdamen gewandelt. - De dames van de harem hebben vroeger door deze tuinen gewandeld.
Er will in Salzburg auf den Spuren Mozarts wandeln. - Hij wil in Salzburg in de voetstappen van Mozart stappen.
uitdrukking jemand ist ein wandelndes Lexikon / eine wandelnde Katastrophe / ...

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
wandeln (ww.) banjeren (ww.) ; rondtrekken (ww.) ; zwerven (ww.)
wandeln omvormen
Bronnen: interglot; Wikipedia; SEG


Voorbeeldzinnen met `wandeln`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abwandeln
DE: bummeln
DE: gehen
DE: revidieren
DE: schlendern
DE: Spazieren
DE: spazierengehen
DE: transformieren
DE: umbauen
DE: umbilden

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: sich wandeln NL: zich wijzigen, veranderen