Vertaal
Naar andere talen: • ringen > ENringen > ESringen > FR
Vertalingen ringen DE>NL

ringen

werkw.
Uitspraak:  [ˈrɪŋən]

1) mit jemandem kämpfen, indem man versucht, ihn zu packen und zu Boden zu werfen - worstelen
Sie rangen erbittert miteinander. - Zij worstelden grimmig met elkaar.
Er rang seinen Gegner zu Boden. - Hij gooide zijn tegenstander tegen de grond.
der Jugendmeister im Ringen - de jeugdkampioen worstelen
Ringkampf - worstelwedstrijd

2) mit aller Kraft kämpfen, sich für etw. einsetzen, um etw. bemühen - worstelen
nach Luft ringen - naar lucht snakken
um eine gemeinsame Lösung ringen - voor een gemeenschappelijke oplossing strijden
Ich musste lange mit mir ringen, bevor ich mich dazu entschieden habe. - Ik worstelde lang met mezelf voordat ik dat besloot.

3) deel van de uitdrukking:
uitdrukking die Hände ringen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
ringen (ww.) met iemand worstelen (ww.) ; touwtrekken (ww.) ; worstelen (ww.) ; zich wringen (ww.)
das Ringenhet gevecht ; het geworstel ; gewring (znw.) ; de kamp (m) ; de strijd (m) ; de worsteling (v) ; het wringen
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `ringen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: Auseinandersetzung
DE: auswringen
DE: boxen
DE: drehen
DE: Fehde
DE: kampf
DE: klemmen
DE: Krach
DE: kämpfen
DE: mit jemandem ringen

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: nach Atem ringen NL: naar adem snakken
DE: heiß ringen um etwas NL: met alle macht naar iets streven, hard voor iets vechten
DE: nach Worten ringen NL: naar woorden zoeken