1. MWB
  2. Vertalen
  3. natürlich (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • natürlich > EN • natürlich > ES • natürlich > FR
Vertalingen natürlich DE>NL

I natürlich

bijv.naamw.
Uitspraak:  [naˈtyːɐlɪç]

1) in der Natur vorkommend - natuurlijk
natürliches Licht - natuurlijk licht

2) so, wie man es erwartet - normaal
Es ist ganz natürlich, dass sich Kinder im Dunkeln fürchten. - Het is heel normaal dat kinderen bang zijn in het donker.

3) den Gesetzen der Natur entsprechend - natuurlijk
Dafür gibt es eine ganz natürliche Erklärung. - Daar is een hele natuurlijke verklaring voor.

4) nicht durch Unfall, Mord o. Ä. - natuurlijk
eines natürlichen Todes sterben - een natuurlijke dood

5) angeboren - talent

6) ungezwungen - ongedwongen
Er mochte ihre natürliche Art sofort. - Hij hield meteen van haar ongedwongen wijze.


II natürlich

bijwoord

1) ohne Zweifel - vanzelfsprekend
Du hast natürlich recht, aber ... - Je hebt zonder twijfel gelijk, maar ...

2) wie erwartet oder befürchtet - zoals verwacht
Sie hat unser Treffen natürlich wieder vergessen. - Zij heeft ons samenkomen zoals verwacht vergeten.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
natürlich ongedwongen ; zonder twijfel ; zeker ; vrijwillig ; vanzelfsprekend ; uiteraard ; tamelijk ; spontaan ; redelijk ; onverplicht ; onontkomelijk ; ongekunsteld ; nogal ; natuurlijk ; logisch ; eenvoudig ; dus ; bijgevolg ; behoorlijk ; allicht ; naturalis ; tuurlijk ; natuurlijk ; naturel
Bronnen: interglot; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.; Wikipedia; Horecagids


Voorbeeldzinnen met `natürlich`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: arglos
DE: einfach
DE: einfältig
DE: klar
DE: leichtgläubig
DE: locker
DE: naiv
DE: natur-
DE: naturgemäß
DE: selbstredend