1. MWB
  2. Vertalen
  3. einfältig (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • einfältig > EN • einfältig > ES • einfältig > FR
Vertalingen einfältig DE>NL
einfältig minderbegaafd ; zonder moeite ; vanzelf ; sullig ; simpel ; schaapachtig ; ongecompliceerd ; onbezonnen ; naief ; lichtwegend ; lichtgelovig ; licht ; goedgelovig ; eenvoudig ; achterlijk ; achtergebleven ; onnozel
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `einfältig`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: albern
DE: arglos
DE: beknackt
DE: blöd
DE: blödsinnig
DE: doof
DE: dumm
DE: dämlich
DE: einfach
DE: leichtgläubig