1. MWB
  2. Vertalen
  3. gebrechlich (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • gebrechlich > EN • gebrechlich > ES • gebrechlich > FR
Vertalingen gebrechlich DE>NL

gebrechlich

bijv.naamw.
Uitspraak:  [gəˈbrɛçliç]

durch Alter oder Krankheit geschwächt - gebrekkig
Er ist zwar alt, aber keineswegs gebrechlich. - Hij is weliswaar oud maar geenszins gebrekkig.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
gebrechlich slecht ; ondeugdelijk ; onhandig ; pips ; pover ; schamel ; schraal ; schriel ; schutterig ; slap ; slapjes ; ondermaats ; slungelig ; stumperig ; stuntelig ; sukkelig ; teer ; tweederangs ; wankel ; wee ; ziekelijk ; zwak ; onbeholpen ; arm ; armzalig ; bleekjes ; breekbaar ; broos ; dun ; fragiel ; gammel ; geen vet op de botten hebbende ; inferieur ; karig ; krakkemikkig ; krukkig ; kwetsbaar ; mager ; minderwaardig ; afgedragen ; vervallen ; versleten ; gebrekkig
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `gebrechlich`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abgespannt
DE: armselig
DE: brechbar
DE: eckig
DE: empfindlich
DE: empfindsam
DE: eng
DE: entspannt
DE: fein
DE: flau