Vertalingen Abnehmen DE>NL
abnehmen
werkw.
1) weniger werden -
afnemen Die Arbeitslosigkeit hat leicht abgenommen. - De werkloosheid is licht afgenomen. |
2) Gewicht verlieren -
gewicht verliezen Sie hat mehr als 5 Kilo abgenommen. - Zij is meer dan 5 kilo afgevallen. Er versucht abzunehmen. - Hij probeert af te vallen. |
3) jeden Tag zu einem kleineren Teil sichtbar werden als davor -
maand: iedere dag wordt een klein deel meer zichtbaar als daarvoor Sie meint, Haare sollte man bei abnehmendem Mond schneiden. - Zij meent, haren moeten bij afnemende maan worden geknipt. |
4) weg- oder herunternehmen -
afnemen Nimm doch zum Grüßen die Mütze ab. - Zet die muts toch af bij het begroeten. |
5) den Hörer heben, um ein Telefongespräch zu führen -
telefoon opnemen Nimmst du mal bitte ab, ich kann grad nicht. - Neem jij alsjeblieft de telefoon op, ik kan nu niet. |
6) deel van de uitdrukking: jemandem etw. abnehmen (=helfen, indem man etw. übernimmt) - van iemand iets overnemen
jemandem eine Arbeit abnehmen - van iemand werkzaamheden overnemen
|
7) bes. in großen Mengen kaufen economie -
afnemen tausend Stück abnehmen - duizend stuks afnemen |
8) offiziell begutachten, ob Mängel bestehen -
officiele goedkeuring, of er gebreken zijn Das Haus muss jetzt noch von der Baubehörde abgenommen werden. - Het huis moet nu nog door bouw- en woningtoezicht worden gecontroleerd. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
abnehmen (ww.) | ophalen (ww.) ; bederven (ww.) ; beroven (ww.) ; beroven van (ww.) ; bestelen (ww.) ; biertappen (ww.) ; degenereren (ww.) ; depriveren (ww.) ; in de war sturen (ww.) ; inkrimpen (ww.) ; inzakken (ww.) ; kleiner worden (ww.) ; meenemen (ww.) ; nekken (ww.) ; aftappen (ww.) ; opruimen (ww.) ; ruïneren (ww.) ; slinken (ww.) ; sterk afnemen (ww.) ; tappen (ww.) ; te kort doen (ww.) ; teruglopen (ww.) ; vallen (ww.) ; verderven (ww.) ; verworden (ww.) ; verzieken (ww.) ; weghalen (ww.) ; afslanken (ww.) ; afruimen (ww.) ; afhalen (ww.) ; afdekken (ww.) ; accepteren (ww.) ; aanvaarden (ww.) |
das Abnehmen | het krimpen ; aan de lijn doen (znw.) ; het achteruitgaan ; het afnemen ; het afpakken ; het afstoffen ; het afwissen ; dieet houden (znw.) ; de diëten ; gezichtsrimpel (znw.) ; het korten ; het lijnen ; het ontnemen ; de rimpel (m) ; verminderen in kracht (znw.) ; het verwijderen ; het wegnemen |
Abnehmen | afnemen ; ontlasten ; minder worden ; afvallen |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `Abnehmen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abartenDE: abblendenDE: abdeckenDE: abfallenDE: abfangenDE: abflauenDE: abjagenDE: abmontierenDE: abschirmenDE: abwischenUitdrukkingen en gezegdes
DE: einen
abnehmen
NL: iemand fotograferenDE: er nimmt mir die Arbeit ab
NL: hij doet het werk voor mijDE: was nehmen Sie daraus ab?
NL: wat maakt u daaruit op?DE: wer nimmt die Zeit ab?
NL: wie neemt de tijd op?DE: abnehmender Mond
NL: afnemende maan