Vertaal
Naar andere talen: • Einschlagen > ENEinschlagen > ESEinschlagen > FR
Vertalingen Einschlagen DE>NL

einschlagen

werkw.
Uitspraak:  ainʃlaːgən]

1) durch Schlagen zerstören, beschädigen oder verletzen - inslaan
jemandem beim Kampf den Schädel / die Zähne einschlagen - iemand bij een ruzie de hersenpan / de tanden inslaan

2) etw. mit großer Wucht und zerstörerischer Wirkung treffen - inslaan
Bei uns hat gestern der Blitz eingeschlagen. - Bij ons is gisteren de bliksem ingeslagen.

3) durch Schläge mit einem Hammer o. Ä. in etw. gelangen lassen - inslaan
neue Zaunpfähle einschlagen - nieuwe hekpalen inslaan

4) einwickeln - inwikkelen
ein Buch in Folie einschlagen - een boek in folie wikkelen

5) wählen - inslaan
einen neuen Kurs einschlagen - een nieuwe koers inslaan

6) deel van de uitdrukking:
uitdrukking auf jemanden / etw. einschlagen

7) etw. durch Händeschütteln bekräftigen - hand schudden
Schlag ein, so ein Angebot bekommst du nicht wieder! - Kom schud me de hand, zo'n aanbod krijg je nooit weer!

8) großen Erfolg haben, Anklang finden - inslaan
Sein Vorschlag hat voll eingeschlagen. - Zijn voorstel heeft veel succes.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
einschlagen (ww.) inpakken (ww.) ; inpalmen (ww.) ; kapotgooien (ww.) ; stukgooien (ww.)
das Einschlagenhet kaften
Einschlagen conserveren in lagen ; in de greppel plaatsen
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Einschlagen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: charmieren
DE: einwickeln
DE: kaputtschlagen
DE: wickeln
DE: zerschlagen
DE: zerschmeissen
DE: zerschmettern