Vertaal
Naar andere talen: • anrühren > ENanrühren > ESanrühren > FR
Vertalingen anrühren DE>NL
anrühren (ww.) aanraken (ww.) ; aanroeren (ww.) ; aanstippen (ww.) ; dooreenmengen (ww.) ; even aanraken (ww.) ; mengen (ww.) ; ontroeren (ww.) ; raken (ww.) ; treffen (ww.) ; vermengen (ww.) ; voelen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `anrühren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: anfassen
DE: berühren
DE: streifen