Vertalingen mithelfen DE>NL
I mithelfen
werkw.
bei etw. helfen -
meehelpen beim Wiederaufbau mithelfen - meehelpen bij de herbouw im Haushalt mithelfen - meehelpen in de huishouding |
II die Mithilfe
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈmɪthɪlfə] |
Verbuigingen: | Mithilfe |
deel van de uitdrukking: medewerking Vielen Dank für Ihre Mithilfe! - Veel dank voor u medewerking! |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
mithelfen (ww.) | assisteren (ww.) ; bijdragen (ww.) ; bijspringen (ww.) ; bijstaan (ww.) ; gerieven (ww.) ; helpen (ww.) ; meehelpen (ww.) ; ondersteunen (ww.) ; seconderen (ww.) ; weldoen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `mithelfen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: assistierenDE: aushelfenDE: beispringenDE: beistehenDE: beitragenDE: dienenDE: einspringenDE: Gutes tunDE: helfenDE: Hilfe leisten