Vertaal
Naar andere talen: • wieder > ENwieder > ESwieder > FR
Vertalingen wieder DE>NL

wieder

bijwoord
Uitspraak:  [ˈviːdɐ]

1) wie zuvor schon einmal - weer
Musst du morgen wieder arbeiten? - Moet je morgen weer werken?
Tu so etwas nie wieder! - Doe zoiets nooit weer!
uitdrukking wieder mal
uitdrukking immer wieder
uitdrukking schon wieder

2) in einen ehemaligen Zustand zurück - alweer
das kaputte Dach wieder reparieren - het kapotte dak alweer repareren.
ein gefangenes Tier wieder freilassen - een gevangen dier weer vrijlaten

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
wieder andermaal ; nog een keer ; nog eens ; nogmaals ; opnieuw ; wederom ; weer ; alweer
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `wieder`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abermals
DE: auf's Neue
DE: nochmal
DE: nochmals
DE: wiederum

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: hin und wieder NL: nu en dan