Vertalingen Rühren DE>NL
I rühren
werkw.
1) einen Löffel o. Ä. in etw. im Kreis bewegen, bes. um es zu mischen -
roeren Eier und Zucker schaumig rühren - eieren en suiker tot schuim kloppen Puddingpulver in die Milch rühren - puddingpoeder in de melk roeren kräftig rühren, damit der Brei nicht anbrennt - stevig roeren zodat de pap niet aanbrandt |
2) bewegen -
bewegen Ich konnte vor Kälte kaum die Finger rühren. - Ik kon van de kou nauwelijks mijn vingers bewegen. Im Haus rührt sich nichts, sie sind wohl nicht da. - In het huis beweegt er niets, ze zullen er wel niet zijn. |
3) bei jemandem Sympathie, Mitleid, Dankbarkeit o. Ä. wecken -
ontroeren Ihre Geschichte rührte mich zu Tränen. - Haar verhalen roerde me tot tranen. Er kümmerte sich in rührender Weise um die Kranke. - Hij zorgt op ontroerende wijze voor de zieken. Sie nahm die Glückwünsche gerührt entgegen. - Zij nam de gelukwensen ontroerd in ontvangst. |
4) deel van de uitdrukking: an etw. rühren (=ein Thema ansprechen) - een onderwerp aanroeren
Wir sollten lieber nicht mehr an diese unangenehme Sache rühren. - Wij zouden beter deze onaangename zaken niet meer ter sprake moeten brengen.
|
5) deel van de uitdrukking: sich (bei jdm) rühren (=mit jemandem Kontakt aufnehmen) - contact opnemen met iemand
Rühr dich, wenn du Hilfe brauchst! - Roep iemand als je hulp nodig hebt!
|
6) deel van de uitdrukking: etw. rührt von etw. / daher, dass ... (=etw. hat seine Ursache in etw.) - iets wordt door iets veroorzaakt
Die Probleme rühren daher, dass dies nicht rechtzeitig erkannt wurde. - De problemen zijn daarom ontstaan, omdat dit niet tijdig werd herkent.
|
II die Rührung
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈryːrʊŋ] |
Verbuigingen: | Rührung |
deel van de uitdrukking: ontroering vor Rührung weinen - huilen van ontroering |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
rühren (ww.) | aangrijpen (ww.) ; bewegen (ww.) ; iemand raken (ww.) ; iemand treffen (ww.) ; mixen (ww.) ; roeren (ww.) ; rondroeren (ww.) ; treffen (ww.) ; verroeren (ww.) ; vertederen (ww.) ; zich bewegen (ww.) |
Rühren | roeren ; roeren met de pook ; schoffelen ; snijden ; verdelen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Rühren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: aufwühlenDE: beeindruckenDE: berührenDE: durchrührenDE: Eindruck machen aufDE: ergreifenDE: erschütternDE: erweichenDE: fortbewegenDE: in Bewegung setzenUitdrukkingen en gezegdes
DE: kein Glied
rühren können
NL: geen vin kunnen verroerenDE: woher rührt das?
NL: waar komt dat vandaan?DE: wie vom Donner gerührt
NL: als door de donder getroffenDE: vom Schlage gerührt werden
NL: door een beroerte getroffen wordenDE: rührt euch!
NL: op de plaats rust!