Vertalingen platt DE>NL
platt
bijv.naamw.
1) flach und breit -
plat Urlaub auf dem platten Land an der Nordsee - vakantie op het platte land aan de Noordzee etw. platt drücken / walzen - iets plat drukken / walsen |
platt sein (=sehr überrascht sein) - verrast
Echt? Da bin ich aber platt! - Echt? Daar ben ik totaal perplex!
|
2) ohne Luft -
plat einen Platten haben (=) - een lekke band hebben
|
3) banal -
plat , grof © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
platt | lomp ; vunzig ; vulgair ; vuig ; volks ; vlakuit ; vlak ; triviaal ; strak ; schunnig ; ploertig ; platvloers ; plat ; ordinair ; laag-bij-de-grond ; laag ; grof ; glad ; geslepen ; gelijk ; geëgaliseerd ; egaal ; effen ; banaal ; afgezaagd ; versleten ; plat |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `platt`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: abgestandenDE: baffDE: banalDE: bestürztDE: derbDE: dickDE: dumpfDE: dumpfigDE: ebenDE: egalUitdrukkingen en gezegdes
DE: einen Platten haben
NL: bandepech hebben