Vertalingen Lappen DE>NL
der Lappen
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈlapən] |
Verbuigingen: | Lappens , Lappen |
1) ein Stück Stoff, bes. zum Putzen oder Waschen -
doek den Tisch mit einem feuchten Lappen abwischen - de tafel met een vochtige doek afnemen Putzlappen - poetsdoeken Waschlappen - washandje |
jemandem durch die Lappen gehen (=jemandem entkommen) - ontsnappen
|
2) Führerschein -
rijbewijs seinen Lappen abgeben müssen - zijn rijbewijs moeten inleveren |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
der Lappen | de lap (m) ; het vodje ; de vod (v) ; stuk stof (znw.) ; het prul ; de poetslap (m) ; de lor ; het lappen ; het lapje ; de homp ; de flard ; de doek (m) ; de coupon (m) ; de bon (m) |
Lappen | lap ; vang met been ; treklipje ; lobus |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `Lappen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: AbschnittDE: CouponDE: DifferenzDE: FetzenDE: FleckDE: flickenDE: KassenscheinDE: kleiner LappenDE: KuponDE: LumpenUitdrukkingen en gezegdes
DE: durch die
Lappen gehen
NL: ontkomen NL: ontgaan