Vertalingen zonde NL>FR
I zonde
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈzɔndə] |
Verbuigingen: | -n, -s (meerv.) |
overtreding van een (geloofs)regel -
péché (le ~) een zonde begaan - commettre un péché iemand zijn zonden vergeven - pardonner ses péchés à quelqu'un je zonden opbiechten - avouer ses péchés |
II zonde
bijv.naamw.
erg jammer -
dommage Zonde van die mooie vaas. - Ce beau vase, quel dommage! Niet weggooien! Dat is zonde! - Ne pas jeter! Ce serait dommage! |
[ˈzɔndə] [mv: 1: zonden 2: zondes]1 overtreding van een (geloofs)regel - péché (le ~(m))
`een zonde begaan`
commettre un péché
`iemand zijn zonden vergeven`
pardonner ses péchés à quelqu'un
`je zonden opbiechten`
avouer ses péchés
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
zonde (znw.) | défaut (m) ; immoralité (v) ; péché (m) |
de zonde (v) | vice (m) |
zonde | dommage |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `zonde`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: dwalingNL: jammerNL: misslagNL: ondeugdNL: zedelijke slechtheid