Vertalingen terugschrikken NL>FR
terugschrikken (ww.) | avoir un mouvement de recul (ww.) ; caner (ww.) ; décroître (ww.) ; diminuer (ww.) ; perdre courage (ww.) ; reculer devant (ww.) ; se décourager (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `terugschrikken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: achteruitdeinzenNL: achteruitgaanNL: huiverenNL: schrikkenNL: terugdeinzenNL: terugwijken