Vertalingen smalletjes NL>FR
smalletjes | d'urgence ; étouffant ; étouffé ; étroit ; étroitement ; limité ; petit ; petitement ; pressant ; restreint ; serré ; ténu |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `smalletjes`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: engNL: nauwNL: smal