Vertaal
Naar andere talen: • schipperen > DEschipperen > ENschipperen > ES
Vertalingen schipperen NL>FR
[ˈsxɪpərə(n)]
[vvt: heeft geschipperd]

1 zo handelen dat je problemen en conflicten vermijdt - louvoyer - transiger

  `Als je niet bereid bent een beetje te schipperen, bereik je helemaal niets.`
  Si on n'est pas prêt à transiger un peu, on n'arrivera à rien du tout.


© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
schipperen (ww.) biaiser (ww.) ; louvoyer (ww.) ; naviguer (ww.) ; transiger (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `schipperen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bedisselen
NL: laveren