Vertalingen sappelen NL>FR
sappelen (ww.) | besogner (ww.) ; épuiser (ww.) ; peiner (ww.) ; se tuer (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `sappelen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afbeulenNL: afjakkerenNL: afslovenNL: ploeterenNL: slovenNL: zwoegen