Vertalingen oprijzen NL>FR
oprijzen (ww.) | être en hausse (ww.) ; grandir (ww.) ; grimper (ww.) ; monter (ww.) ; s'agrandir (ww.) ; s'élever (ww.) ; se dresser (ww.) ; se lever (ww.) ; surgir (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `oprijzen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: omhoog rijzenNL: omhoogrijzenNL: ontstaanNL: rijzenNL: uitstekenNL: uitzetten