Vertalingen kluit NL>FR
kluit
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [klœyt] |
Verbuigingen: | -en (meerv.) |
1) aarde rond de wortels van een plant of boom -
motte (la ~) een kerstboom met kluit kopen - acheter un sapin avec des racines |
op een kluitje (=dicht bij elkaar) - les uns sur les autres
op een kluitje wonen - habiter trop près les uns des autres
|
2) deel van de uitdrukking: -
met een kluitje in het riet sturen (=(iemand) niet helpen, maar met een mooi praatje wegsturen) - payer quelqu'un en monnaie de singe
|
3) deel van de uitdrukking: -
de kluit belazeren (=iedereen bedriegen) - rouler tout le monde
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de kluit (m) | amas (m) ; foule (v) ; masse (v) ; tas (m) |
kluit | bloc de terre ; grumeau ; motte ; motte de terre ; plant avec motte |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `kluit`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bergNL: brokNL: hoopUitdrukkingen en gezegdes
NL: de hele
kluit
FR: tout le bazarNL: flink uit de
kluiten gewassen
FR: bien découplé