Vertaal
Naar andere talen: • imploderen > DEimploderen > ENimploderen > ES
Vertalingen imploderen NL>FR
imploderen (ww.) faire une rechute (ww.) ; s'écraser (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `imploderen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: instorten