Vertaal
Naar andere talen: • bepalen > DEbepalen > ENbepalen > ES
Vertalingen bepalen NL>FR

bepalen

werkw.
Uitspraak:  [bəˈpalə(n)]
Verbuigingen:  bepaalde (verl.tijd ) heeft bepaald (volt.deelw.)

vaststellen, nauwkeurig aangeven - déterminer
de exacte afstand bepalen - déterminer la distance exacte
Dat is bepaald door de wet. - Cela est fixé par la loi.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
bepalen (ww.) vérifier (ww.) ; qualifier (ww.) ; identifier (ww.) ; établir (ww.) ; estimer (ww.) ; déterminer (ww.) ; définir (ww.) ; décrire (ww.) ; constater (ww.)
het bepalen prescription (v) ; proclamation (v) ; impérative (v) ; fait d'établir (v)
bepalen arrêter ; stipuler ; prévoir ; préciser ; juger ; fixer ; décider ; contrôler
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek


Voorbeeldzinnen met `bepalen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afwegen
NL: bedingen
NL: beïnvloeden
NL: beschikken
NL: bevestigen
NL: constateren
NL: definiëren
NL: determineren
NL: fixeren
NL: inschatten