Vertalingen zingen NL>FR
zingen
werkw.
Uitspraak: | [ˈzɪŋə(n)] |
Verbuigingen: | zong (verl.tijd ) heeft gezongen (volt.deelw.) |
1) met je stem tekst op een melodie laten horen -
chanter een vrolijk liedje zingen - chanter une chanson joyeuse heel hoog kunnen zingen - avoir un registre de voix très aigu vals zingen - chanter faux |
2) (van een vogel) melodisch geluid laten horen -
chanter Je wordt hier wakker door het zingen van de vogels. - Ici on est réveillé par le chant des oiseaux. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
zingen (ww.) | chanter (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `zingen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: fluitenNL: kwinkelerenNL: ruisen