Vertalingen willen NL>FR
willen
werkw.
Uitspraak: | [ˈwɪlə(n)] |
Verbuigingen: | wilde (verl.tijd ) heeft gewild (volt.deelw.) |
1) verlangen -
vouloir , désirer , souhaiter Ze wil een pop voor haar verjaardag. - Elle souhaite recevoir une poupée pour son anniversaire. |
Ik wil het niet hebben. (=ik verbied het) - Je dis non!
|
Dat mocht je willen! (=<dit zeg je als iemand iets wenst wat niet mogelijk is>) - Tu prends tes rêves pour des réalités!
|
2) zullen -
aller Willen we er nog eentje nemen? (=zullen we nog een borrel drinken) - On prend encore un verre?
|
3) <hulpwerkwoord dat een mogelijkheid aanduidt>
-
pouvoir het wil wel eens gebeuren dat... - de temps à autre il peut arriver que... |
Het wil maar niet zomeren. (=het wordt maar geen zomer) - L'été ne fait pas mine d'arriver.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
willen (ww.) | vouloir (ww.) ; falloir (ww.) ; être obligé de (ww.) ; être dans l'obligation de (ww.) ; désirer (ww.) ; avoir l'intention (ww.) ; avoir envie (ww.) ; aimer (ww.) |
het willen | devoir (m) |
willen | vouloir ; souhaiter ; être prêt à ; entendre ; chercher à ; avoir pour but de ; avoir la volonté de ; aspirer à ; aller |
Bronnen: interglot; Wikipedia; ICT-Woordenboek
Voorbeeldzinnen met `willen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: begerenNL: believenNL: gaanNL: moetenNL: wensenNL: wilskrachtNL: woudenUitdrukkingen en gezegdes
NL: liever
willen
FR: aimer mieux, préférerNL: hij wil er niet aan
FR: il n'en veut pasNL: wat wilt u van haar?
FR: que lui voulez-vous?NL: ik wil het niet hebben
FR: (weigering) je n'en veux pasNL: ik wil aannemen dat
FR: j'aime à croire queNL: het
willen
FR: le vouloir, la volition