Vertalingen ontkomen NL>FR
ontkomen
werkw.
Uitspraak: | [ɔntˈkomə(n)] |
Verbuigingen: | ontkwam (enkelv.volt.deelw.) is ~ (volt.deelw.) |
vluchten en daardoor voorkomen dat er iets naars met je gebeurt -
s'échapper De daders zijn ontkomen. - Les malfaiteurs se sont échappés. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
ontkomen (ww.) | filer (ww.) ; fuir (ww.) ; s'enfuir (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `ontkomen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: ontglippenNL: ontsnappenNL: ontvluchtenNL: uitwijkenNL: vluchtenNL: wegkomenNL: weglopenNL: wegrennenNL: wegvluchten