Vertalingen ontkomen NL>DE
ontkomen
werkw.
Uitspraak: | [ɔntˈkomə(n)] |
Verbuigingen: | ontkwam (enkelv.volt.deelw.) is ~ (volt.deelw.) |
vluchten en daardoor voorkomen dat er iets naars met je gebeurt -
entkommen De daders zijn ontkomen. - Die Täter sind entkommen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
ontkomen (ww.) | ausbrechen (ww.) ; ausreißen (ww.) ; aussteigen (ww.) ; davoneilen (ww.) ; durchbrennen (ww.) ; entfliehen (ww.) ; entkommen (ww.) ; entweichen (ww.) ; entwischen (ww.) ; fliehen (ww.) ; flüchten (ww.) ; fortrennen (ww.) |
ontkomen (werkw.) | entwischen |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `ontkomen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: ontglippenNL: ontsnappenNL: ontvluchtenNL: uitwijkenNL: vluchtenNL: wegkomenNL: weglopenNL: wegrennenNL: wegvluchtenUitdrukkingen en gezegdes
NL: de dood
ontkomen
DE: dem Tode entgehenNL: een gevaar
ontkomen
DE: einer Gefahr entrinnen, entkommenNL: daaraan valt niet te
ontkomen
DE: das ist unvermeidlich, unumgänglichNL: daaraan kun je niet
ontkomen
DE: (van afkomen) darum kannst du nicht herumkommen