Vertalingen neerleggen NL>FR
neerleggen
werkw.
Uitspraak: | [ˈnerlɛxə(n)] |
Verbuigingen: | legde neer (verl.tijd ) heeft neergelegd (volt.deelw.) |
leggen -
déposer , poser bloemen neerleggen bij een graf - déposer des fleurs sur une tombe / fleurir une tombe |
iets naast je neerleggen (=geen aandacht geven aan iets) - ne pas tenir compte de quelque chose
een bevel naast je neerleggen - ignorer un ordre
|
je werk neerleggen (=met je werk ophouden/stoppen) - cesser le travail
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
neerleggen (ww.) | coucher (ww.) ; faire asseoir (ww.) ; garder (ww.) ; installer (ww.) ; mettre (ww.) ; placer (ww.) ; planter (ww.) ; poser (ww.) ; poser qch (ww.) ; ranger (ww.) ; situer (ww.) ; stationner (ww.) |
neerleggen | adresser ; déposer ; enregistrer |
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek; Horecagids
Voorbeeldzinnen met `neerleggen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: berusten inNL: betalenNL: deponerenNL: dodenNL: doodschietenNL: geplaatstNL: leggenNL: neerschietenNL: neervlijenNL: neerzettenUitdrukkingen en gezegdes
NL: zijn ambt
neerleggen
FR: donner sa démissionNL: Iemand
neerleggen
FR: tomber quelqu'un