Vertalingen knik NL>FR
de knik
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [knɪk] |
Verbuigingen: | -ken (meerv.) |
1) grote verandering van richting -
coude (le ~), tournant (le ~) een knik in de weg - la route qui fait un coude een scherpe knik maken - présenter un tournant brusque Er zit een knik in de tuinslag en daarom doet de sproeier het niet. - Le tuyau d'arrosage s'est replié; voilà pourquoi le tourniquet ne marche pas. |
2) gebaar waarbij je kort met je hoofd op en neer gaat -
signe de la tête (le ~) De dokter gaf een knikje dat ik binnen kon komen. - Le médecin m'a fait un signe de la tête pour m'inviter à entrer. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de knik (m) | brisure (v) ; crac (m) ; difficulté (v) ; fêlure (v) |
knik | angle ; coude ; discontinuité ; faux-pli ; flambage ; flambement ; jarret ; pli ; signe |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `knik`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: barstNL: breukNL: haagNL: knakNL: strubbeling