Vertalingen oud NL>ES
oud
bijv.naamw.
1) de leeftijd hebbend die wordt genoemd -
de edad | zestien jaar oud zijn - tener dieciséis años |
2) met een hoge leeftijd -
anciano/-na | zich een ouwe man voelen - sentirse un hombre anciano |
 ouden van dagen
(=oude mensen) - ancianos
|
| Je bent oud en wijs genoeg.
(=je moet zelf kunnen beslissen) - Ya eres mayorcito.
|
3) al lang bestaand -
antiguo/-gua oude gebouwen - edificios antiguos
oud brood - pan viejo |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| oud | anciano ; anticuado ; antiguo ; antiquísimo ; chapado a la antigua ; desahumado ; desgastado ; gastado ; picado ; refrito ; soso ; viejísimo ; viejo ; añejo ; viejo |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `oud`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afgedragenNL: afgeleefdNL: afgetraptNL: antiekNL: bedaagdNL: bejaardNL: belegenNL: gedateerdNL: klassiekNL: muf
