Vertalingen uitsturen NL>ES
uitsturen (ww.) | despachar (ww.) ; destituir (ww.) ; dissolver (ww.) ; echar (ww.) ; enviar (ww.) ; expulsar (ww.) ; mandar (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `uitsturen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: ontheffenNL: ontslaanNL: verzendenNL: wegsturenNL: wegzenden