Vertalingen toen NL>ES
I toen
voegwoord
op het moment dat -
cuando Ik ging net de deur uit toen hij arriveerde. - Acabé de salir cuando llegó. |
II toen
bijwoord
1) op dat tijdstip -
en aquella época Toen had je nog geen mobiele telefoon. - En aquella época no existía el teléfono móvil. |
2) daarna -
luego Eerst hebben we een borrel gedronken, toen zijn we gaan eten en toen zijn we naar de film gegaan - Primero tomamos una copa, luego fuimos a comer y después fuimos al cine |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
toen | cuando ; en aquel entonces ; en aquel tiempo ; en aquella época ; en aquellos tiempos ; entonces ; hace tiempo ; por aquel entonces |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `toen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: destijdsNL: indertijdNL: toenmaalsNL: toentertijd