Vertalingen repareren NL>ES
repareren
werkw.
Uitspraak: | [repaˈrerə(n)] |
Verbuigingen: | repareerde (verl.tijd ) heeft gerepareerd (volt.deelw.) |
(iets dat kapot is) herstellen -
reparar Mijn fiets repareer ik altijd zelf. - Siempre reparo la bicicleta yo mismo. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
repareren (ww.) | ajustar (ww.) ; arreglar (ww.) ; corregir (ww.) ; fijar (ww.) ; mejorar (ww.) ; modificar (ww.) ; perfeccionar (ww.) ; reajustar (ww.) ; rectificar (ww.) ; remendar (ww.) ; reparar (ww.) ; restablecer (ww.) ; restaurar (ww.) |
repareren | gunitado ; reparación del revestimiento ; zurcido |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `repareren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: beterenNL: bijwerkenNL: corrigerenNL: fiksenNL: goedmakenNL: herstellenNL: herzienNL: maaktNL: makenNL: rechtzetten