Vertalingen maat NL>ES
I de maat
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [mat] |
| Verbuigingen: | maten (meerv.) |
iemand met wie je iets samen doet of met wie je bevriend bent -
compañero/-ra (el ~/la ~) met een stel maten naar het café - ir al bar con unos amigos
Mijn maat hield de ladder vast en ik klom naar boven. - Mi compañero sujetaba la escalera mientras que yo subía. |
II maat
zelfst.naamw.
| Verbuigingen: | maten (meerv.) |
1) eenheid waarmee je de grootte van iets aangeeft -
medida (la ~) schoenmaat - número de calzado
inhoudsmaat - medida de capacidad |
 De maat is vol!
(=<dit zeg je als je vindt dat iets moet ophouden>) - ¡Ya basta!
|
| in soorten en maten
(=allerlei verschillende) - de todas clases y medidas
|
2) deel van de uitdrukking: -
| met twee maten meten
(=vergelijkbare situaties niet op dezelfde manier beoordelen; onredelijk zijn) - aplicar la ley del embudo
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| maat (m) | la medida (v) |
| de maat (v) | tamaño |
| de maat (m) | amigo (znw.) ; el compañero (m) ; el cuate (m) ; el formato (m) ; el socio (m) ; la talla (v) ; el volumen (m) |
| maat | compañero ; medida ; primero barco ; segundo barco |
Bronnen: f; Diving dictionary; interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `maat`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afmetingNL: breedteNL: collegaNL: compaanNL: compagnonNL: dimensieNL: eenheidNL: formaatNL: gabberNL: gezel
