Vertaal
Naar andere talen: • hakken > DEhakken > ENhakken > FR
Vertalingen hakken NL>ES

hakken

werkw.
Uitspraak:  [ˈhɑkə(n)]
Verbuigingen:  hakte (verl.tijd ) heeft gehakt (volt.deelw.)

1) (hout) in stukken slaan - cortar
Hij heeft hout gehakt voor de open haard. - Cortó leña para la chimenea.
uitdrukking Waar gehakt wordt, vallen spaanders.

2) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking Dat hakt erin.

3) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking hakken op

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
hakken (ww.) cortar arboles (ww.) ; talar (ww.) ; tajar (ww.) ; separarse (ww.) ; recortar (ww.) ; picar (ww.) ; peinarse (ww.) ; hacer pedazos (ww.) ; despedazar (ww.) ; derribar (ww.) ; dar hachazos (ww.) ; dar golpes (ww.) ; cortar en pedazos (ww.) ; cortar (ww.)
het hakkenel tacones (m)
hakken apeamiento ; troceado ; tala ; respuesta troceada ; escardar ; cultivadores ; cincelar ; burilar ; binar ; binado ; azadas
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `hakken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afgeven
NL: afhakken
NL: bomen kappen
NL: fijnhakken
NL: houwen
NL: in stukken hakken
NL: kappen
NL: kleinhakken
NL: omhakken
NL: vellen