Vertaal
Vertalingen grootsprakerig NL>ES
grootsprakerig fanfarrón ; ostentador ; presumido
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `grootsprakerig`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: brallerig
NL: opschepperig
NL: pocherig
NL: snoevend