Vertalingen dempen NL>ES
dempen
werkw.
Uitspraak: | [ˈdɛmpə(n)] |
Verbuigingen: | dempte (verl.tijd ) heeft gedempt (volt.deelw.) |
1) (een sloot, gracht) dichtgooien -
cegar een gracht in de stad dempen om het verkeer makkelijker te maken - cegar un canal en la ciudad para facilitar el tránsito |
2) (geluid of licht) minder sterk maken -
amortiguar met gedempte stem praten - hablar en tono muy bajo met gordijnen het licht dempen als het te fel is - atenuar la luz con cortinas cuando es demasiado fuerte |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
dempen (ww.) | aflojar (ww.) ; calmar (ww.) ; calmarse (ww.) ; templar (ww.) ; terraplenar (ww.) ; tranquilizarse (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `dempen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afzwakkenNL: bedwingenNL: dichtgooienNL: matigenNL: temperen