Vertalingen dagelijks NL>ES
dagelijks
bijv.naamw.
die of dat iedere dag weer gebeurt -
diario/-ria De krant lezen behoort tot mijn dagelijkse bezigheden. - Leer el diario forma parte de mis tareas cotidianas. dagelijks gaan sporten - todos los días practicar deportes |
het dagelijks bestuur (=de leden van het bestuur met de algemene leiding) - el ejecutivo
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
dagelijks | diario ; cotidiano |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `dagelijks`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: alledaagsNL: daagsNL: gebruikelijkNL: geregeldNL: gewoon