Vertaal
Naar andere talen: • bevelen > DEbevelen > ENbevelen > FR
Vertalingen bevelen NL>ES

bevelen

werkw.
Uitspraak:  [bəˈvelə(n)]
Verbuigingen:  beval (verl.tijd ) heeft bevolen (volt.deelw.)

dwingend opdragen - mandar , ordenar
De agent beval de fietser te stoppen. - El policía le ordenó al ciclista pararse.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
bevelen (ww.) dar orden de (ww.) ; decretar (ww.) ; dictar (ww.) ; disponer (ww.) ; encargar (ww.) ; encomendar (ww.) ; mandar (ww.) ; obligar (ww.) ; ordenar (ww.) ; prescribir (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `bevelen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aanschrijven
NL: commanderen
NL: decreteren
NL: dicteren
NL: gebieden
NL: gelasten
NL: opdragen
NL: ordonneren
NL: verordenen
NL: verordonneren