Vertalingen besmetten NL>ES
besmetten
werkw.
Uitspraak: | [bəˈsmɛtə(n)] |
Verbuigingen: | besmette (verl.tijd ) heeft besmet (volt.deelw.) |
een ziekte overbrengen (op iemand anders) -
contagiar besmet het aidsvirus - contagia el virus del sida |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
besmetten (ww.) | contagiar (ww.) ; contaminar (ww.) ; infectar (ww.) |
het besmetten | la contaminación (v) ; la intoxicación (v) |
besmetten | contaminar |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `besmetten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanstekenNL: besmetNL: besmettingNL: infecteren