| Uitspraak: | [ˈnemə(n)] |
| Verbuigingen: | nam (verl.tijd ) heeft genomen (volt.deelw.) |
| nog een kopje koffie nemen - tomar otro café een dag vrij nemen - tomar un día libre de trein nemen - coger el tren | |
het woord nemen(=iets gaan zeggen) - tomar la palabra |
| het niet langer nemen dat je uitgescholden wordt - no aceptar más cuando te insultan |
iets op je nemen(=beloven dat je iets zult doen) - hacerse cargo de algo |
iemand ertussen nemen(=iemand opzettelijk iets laten geloven dat niet waar is) - tomarle el pelo a alguien |
je genomen voelen(=vinden dat je bedrogen bent) - sentirse engañado |
Voorbeeldzinnen laden....