iemand een gemene streek leveren - hacerle una mala jugada a alguien
2)hevig - muy
gemeen pijn doen - doler mucho gemeen koud zijn - hacer un frío horroroso
3)deel van de uitdrukking: -
(iets met iemand) gemeen hebben
(=(iets met iemand) gemeenschappelijk hebben) - tener en común (con alguien)
Mijn broer en zus zijn erg verschillend, maar ze hebben gemeen dat ze driftig zijn. - Mi hermano y mi hermana son muy diferentes, pero tienen en común que los dos son rabiosos.