Vertalingen gij NL>ES
gij
pronoun
1) u -
usted Gij zult niet echtbreken. - No cometerás adulterio. |
2) jij -
vos Hebt ge er dan nog steeds niets van begrepen? - ¿Todavía no entendiste nada? |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
gij | te ; tú ; os ; ti ; ustedes ; vosotras ; vosotros |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `gij`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: geNL: jijNL: u