Vertalingen Echt NL>ES
I de echt
zelfst.naamw. (m.)
deel van de uitdrukking: -
 in de echt verbonden zijn
(=getrouwd zijn) - estar unido en matrimonio
|
| in de echt treden
(=trouwen) - contraer matrimonio
|
II echt
bijv.naamw.
niet vals, geen namaak -
verdadero/-ra , auténtico/-ca echte parels - perlas auténticas
je echte naam - tu verdadero nombre |
| Het is net echt.
(=het lijkt alsof het echt is) - Parece de verdad.
|
| een echte held zijn
(=een held zijn met alle eigenschappen van een held) - ser un verdadero héroe
|
III echt
bijwoord
werkelijk, heus -
verdaderamente Meen je dat echt? - ¿Me estás hablando en serio?
Ik heb het echt niet gedaan. - De verdad que no lo hice.
Die bloes is echt iets voor jou. - Esa blusa te está más que bien. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| echt (znw.) | la relaciones matrimoniales (v) ; el casamiento (m) ; la boda (v) ; la alianza matrimonial (v) |
| echt | puro ; verdadero ; verdaderamente ; sincero ; realmente ; honesto ; efectivo ; de veras ; cierto que ; auténtico ; legítimo ; genuino ; Echt ; cierto |
Bronnen: interglot; Wikipedia; lokaalnieuwsecht.nl
Voorbeeldzinnen met `Echt`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: authentiekNL: beslistNL: echtverbintenisNL: eerlijkNL: effectiefNL: geheidNL: gewisNL: heusNL: huwelijkNL: in hart en nieren
