Vertalingen vomeren NL>EN
vomeren (ww.) | to puke ; to regurgitate ; to spew ; to spew out ; to throw up ; to vomit |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `vomeren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: brakenNL: kotsenNL: overgevenNL: spugenNL: uitbraken