Vertalingen kriebelen NL>EN
kriebelen
werkw.
Uitspraak: | [ˈkribələ(n)] |
Verbuigingen: | kriebelde (verl.tijd ) heeft gekriebeld (volt.deelw.) |
1) door lichte aanraking een beetje jeuk veroorzaken -
itch, irritate Mijn wollen das kriebelt in mijn nek. - I get an itch in the neck from the wool of my coat. |
2) met kleine letters schrijven -
scribble iets op een papiertje kriebelen - scribble something on paper |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
kriebelen (ww.) | to itch ; to tickle ; to tingle ; to titillate |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `kriebelen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: jeukenNL: kietelenNL: krabbelenNL: prikkelen