Vertalingen intreden NL>EN
intreden (ww.) | to be off ; to begin ; to commence ; to enter ; to get under way ; to go in ; to set in ; to start ; to take off |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `intreden`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanvangenNL: beginnenNL: binnengaanNL: intreeNL: inzettenNL: monnik wordenUitdrukkingen en gezegdes
NL: de dood trad onmiddellijk in
EN: death was instantaneous